Bedrijfshalverlichting klinkt als een eenvoudig begrip, dat makkelijk te herleiden is door de twee woorden bedrijfshal en verlichting. Toch als je wil weten wat bedrijfshalverlichting nu precies is dan komen er wel wat zaken bij kijken. Zo is er bijvoorbeeld zelfs een Europese norm voor het lichtniveau van bedrijfshalverlichting. Dit betekent dus dat je niet zomaar wat lichtbalken kunt plaatsen als bedrijfshalverlichting. Er komt wel degelijk beleid bij kijken.
Wetgeving bij verlichting in bedrijfshallen
Het lichtniveau in bedrijfshallen moet in Europa voldoen aan de Europese norm voor de bedrijfshalverlichting: NEN-EN 1264-1. Deze verlichting is er bijvoorbeeld om stellingen goed te verlichten, voor de veiligheid van de mensen in de bedrijfshal. Het hangt af van onder andere hoe een bedrijfshal wordt gebruikt, hoe het is ingedeeld en welke situaties daarin voorkomen, wat de precieze eisen zijn.
Lichtniveau
Voor de verlichting in bedrijfshallen is een bepaald lichtniveau vereist. Meestal is dit tussen de 100 tot 150 lux. Daarbij is er voor voorraad- en opslagruimtes 100 lux nodig. Gaat het om gangpaden waar men gebruik van maakt, dan is 150 lux vereist. Voor verpakkingsruimtes en expeditie ruimtes moet het lichtniveau 300 lux zijn.
Verlichting vroeger
Vroeger moest men het vooral hebben van daglicht. Bedrijfsgebouwen hadden destijds veelal meerdere verdiepingen. Daardoor was er relatief veel minder vloeroppervlak per verdieping. Dit zorgde ervoor dat er minder diepte was en de ramen voor relatief veel daglicht zorgden op de werkvloer.
Tegenwoordig hebben veel bedrijfsgebouwen minder lagen en een groter oppervlak per laag. Daarvoor waren er extra voorzieningen nodig zoals bijvoorbeeld lichtkoepels. Dit had als nadeel dat dit ook voor vervelende schaduw zorgde. Een ander oplossing voor meer daglicht is een shedvormige kap met ramen die niet direct gericht zijn op de zon. Denk daarbij bijvoorbeeld aan een fabrieksdak waar de vorm van het dak op een soort zaagtand lijkt. Ramen op de juiste plek in een shedvormige kap geven een meer egale lichtinval. Alleen is zowel het extra daglicht van een shedvormige kap als een lichtkoepel niet genoeg om de vereiste hoeveelheid lux te krijgen. Er is dus altijd kunstmatig licht nodig.
Lees ook De betekenis van genpanel
Verlichting in bedrijfshallen begint al met de bouw
De industriële revolutie zorgde ook voor meer druk op het gebied van kunstmatig licht produceren. Tegenwoordig zijn het de tl-buizen die verdrongen zijn door ledverlichting. Toch is het niet zo dat je alles zomaar met kunstmatig licht mag oplossen. In een foto ontwikkelstudio mag je natuurlijk wel een ruimte hebben zonder daglicht, maar wettelijk is het tegenwoordig zo geregeld dat er in ruimtes lichtopeningen moeten zijn die 1/20 deel zijn van het vloeroppervlak. Hier moet je dus met de bouw al rekening mee houden. Verder zie je ook vaker bedrijfsgebouwen met zonnepanelen en omvormers op het dak.
Vroeger was het zelfs zo dat een werknemer uitzicht naar buiten moest hebben. De regels zijn er niet voor niets. Het gaat om de gezondheid van de medewerker en daar heeft uiteindelijk natuurlijk een werkgever ook baat bij. In tegenstelling tot daglicht is kunstlicht over het algemeen vrij monotoon en ongelijkmatig licht. Het is dus vermoeiender voor de ogen. Verder is van je af kunnen kijken ook rustiger voor de ogen. Daarnaast is het goed voor mensen dat ze uitzicht op groen hebben. Heb je geen natuur om een bedrijfsgebouw, maar wil je het wel zo goed mogelijk doen voor de medewerkers? Dan kan ook een afbeelding van groen of wat planten, bijvoorbeeld in de kantine, bijdragen aan een beter gevoel.
Geïnteresseerd in meerdere artikelen? Lees hier dan over de PEI waarde!